Wi-Fi-netwerkinstellingen
Meestal hoeft u de instellingen voor een Wi-Fi-netwerk niet te wijzigen, maar soms moet u de instellingen wijzigen als u
problemen hebt met de verbinding of handmatig verbinding moet maken.
De instellingen die beschikbaar zijn voor elk Wi-Fi-netwerk zijn afhankelijk van het type netwerk waarmee u verbinding wilt
maken. Raadpleeg deze bronnen voor meer informatie over de verschillende instellingen. Thuisnetwerk: de informatie die
bij uw draadloze router werd geleverd. Zakelijk Wi-Fi-netwerk: neem contact op met uw beheerder. Hotspot: raadpleeg alle
informatie die beschikbaar is over de hotspot of vraag een medewerker om meer informatie.
SSID
De SSID is de naam waaraan het netwerk is te herkennen. Dit veld wordt meestal automatisch ingevuld, maar als
het Wi-Fi-netwerk is verborgen, moet u de SSID invoeren om verbinding te maken
Verborgen SSID
Schakel dit selectievakje in om uw BlackBerry-toestel te laten zoeken naar een SSID die niet wordt uitgezonden.
Een verborgen Wi-Fi-netwerk wordt niet weergegeven als een beschikbaar netwerk in het Wi-Fi-scherm.
Beveiligingstype
Stel het beveiligingstype in dat het Wi-Fi-netwerk gebruikt. Afhankelijk van het netwerk waarmee u verbinding
probeert te maken, ziet u ook Beveiligingssubtype en Beveiliging binnenste koppeling.
Wachtwoord
Als het Wi-Fi-netwerk met een wachtwoord is beveiligd, voert u het wachtwoord in.
CA-certificaat
Gebruikershandleiding
Instellingen
156
Stel in welk basiscertificaat uw toestel moet gebruiken om te verifiëren of het verbinding maakt met het juiste Wi-Fi-
netwerk. Afhankelijk van het type netwerk waarmee u verbinding probeert te maken, ziet u mogelijk ook
Clientcertificaat.
VPN-profielen
Als u een VPN-profiel wilt gebruiken om verbinding te maken met het netwerk, selecteert u het gewenste profiel.
Bandtype
Dit veld is standaard ingesteld op Dual Band. Als het Wi-Fi-netwerk dual-band is, probeert uw toestel verbinding te
maken in de 5,0 GHz-band tenzij de signaalsterkte in de 2,4 GHz-band beduidend sterker is. Als u verbinding wilt
maken met een dual-bandnetwerk en slechts één band wilt gebruiken, kiest u de gewenste band.
IP-adres automatisch verkrijgen
In de meeste gevallen moet deze schakelaar aanblijven, maar als u handmatig een IP-adres voor uw toestel moet
opgeven, kunt u de schakelaar uitzetten een IP-adres invoeren.
Auto-IP gebruiken
Schakel dit selectievakje in als u wilt dat uw toestel automatisch een IP-adres aan zichzelf toewijst wanneer het
geen kan verkrijgen van het Wi-Fi-netwerk.
IPv6 inschakelen
Geef aan of het netwerk gebruikmaakt van het IPV6-protocol.
Proxy gebruiken
Zet deze schakelaar aan als u verbinding wilt maken met een proxyserver. Wanneer u deze instelling selecteert,
worden extra instellingen weergegeven. Raadpleeg de gegevens over de proxyserver voor meer informatie over
welke instellingen u moet gebruiken.
Overdracht tussen toegangspunten toestaan
Dit is alleen van toepassing als het netwerk meerdere toegangspunten heeft. Stel in of het toestel verbonden moet
blijven als u van toegangspunt wisselt.